De sterkte van een zwak zuur (buffer) wordt meestal weergegeven als een evenwichtsconstante. De zuur-dissociatie-evenwichtsconstante, die de neiging van een zuur om te dissociëren meet, wordt beschreven met behulp van de vergelijking: Ka=[H+][A−][HA] Ka = [ H + ] [ A − ] [ HA ] .
Wat is een bufferoplossing, geef een voorbeeld??
Een buffer kan bijvoorbeeld zijn samengesteld uit opgelost azijnzuur (HC 2H 3O 2, een zwak zuur) en natriumacetaat (NaC 2H 3O 2, een zout afgeleid van dat zuur). Een ander voorbeeld van een buffer is een oplossing met ammoniak (NH 3, een zwakke base) en ammoniumchloride (NH 4Cl, een van die base afgeleid zout).
Wat zijn de 3 componenten van bufferoplossingen??
Een bufferoplossing bestaat uit een zwak zuur en zijn geconjugeerde base of een zwakke base en zijn geconjugeerde zuur.