Passende akkoorden worden gebruikt om een modulatie te impliceren Passende akkoorden worden gebruikt in harmonie om een toonaard vast te stellen of tegen te spreken en soms om een modulatie te impliceren. Bijvoorbeeld in de toonsoort C majeur: ...het gebruik van passerende akkoorden kan de toonsoort tegenspreken.
Hoe moduleer je akkoorden??
Hoe (diatonische of gewijzigde) gemeenschappelijke akkoordmodulatie toe te passen:
- Breng een tooncentrum (home-toets) tot stand door middel van een progressie, cadans of statische harmonie.
- Als je klaar bent om te moduleren, gebruik dan je diatonische/gewijzigde gemeenschappelijke akkoord om naar de bestemmingssleutel te draaien.
- Bevestig de nieuwe sleutel met een cadans.
Hoe moduleer je naar een andere toonsoort??
De meest vloeiende manier om van de ene toets naar de andere te moduleren, is door een spilakkoord te gebruiken. Een spilakkoord is een akkoord dat beide toetsen gemeen hebben. C majeur en G majeur hebben bijvoorbeeld vier akkoorden gemeen: C, Em, G en Am. Elk van deze akkoorden kan worden gebruikt om soepel over te gaan van C majeur naar G majeur.