- Hoe bereken je de stemming van Pythagoras??
- Wordt de stemming van Pythagoras nog steeds gebruikt??
- Hoe heeft Pythagoras de frequentie gemeten??
- Welke intervallen vond Pythagoras??
Hoe bereken je de stemming van Pythagoras??
Vanaf een C bouwen we een majeur toonladder volgens de Pythagoras-stemming. We berekenen eerst de kwint door de frequentie van C te vermenigvuldigen met 3/2 (vijfde grootte): Om een getal met een breuk te vermenigvuldigen, vermenigvuldigen we met de teller (bovenste getal) en delen dan door de noemer (onderste getal). G = 261 x 3 / 2.
Wordt de stemming van Pythagoras nog steeds gebruikt??
Geschiedenis en gebruik. Vanwege het wolveninterval bij gebruik van een 12-toons Pythagoras-temperament, wordt deze stemming tegenwoordig zelden gebruikt, hoewel men denkt dat het wijdverbreid is geweest.
Hoe heeft Pythagoras de frequentie gemeten??
Zowel Pythagoras als Ptolemaeus geloofden dat de intervallen tussen noten in muziek verhoudingen van kleine gehele getallen zouden moeten zijn. Dit staat bekend als Just Intonation. Pythagoras vond dat ze afgeleid waren van octaven (2:1) en perfecte kwinten (3:2), wat een stemming met drie limieten is.
Welke intervallen vond Pythagoras??
Fundamentele intervallen
3/2 is de perfecte kwint, diapente ("over vijf"), of sesquialterum. 4/3 is de perfecte vierde, diatessaron ("over vier"), of sesquitertium. Deze drie intervallen en hun octaafequivalenten, zoals de perfecte elfde en twaalfde, zijn de enige absolute klanken van het pythagorische systeem.