Zijn aanpak maakt gebruik van de eerste, tweede en vierde vingers van de linkerhand (de derde en vierde werken samen als één cijfer) om de snaren in het onderste register van het instrument te stoppen en verdeelt de toets in verschillende posities.
Zijn aanpak maakt gebruik van de eerste, tweede en vierde vingers van de linkerhand (de derde en vierde werken samen als één cijfer) om de snaren in het onderste register van het instrument te stoppen en verdeelt de toets in verschillende posities.