overgankelijk werkwoord. 1 : in werking stellen of dienst doen : gebruik maken van : in dienst nemen. 2 : uitgeven of consumeren door in gebruik te nemen —vaak gebruikt met up. 3: sta zin 1d het huis kan wel een likje verf gebruiken. 4: consumeren of nemen (drank, drugs, enz.).)
- Is het woord Gebruik een zelfstandig naamwoord of werkwoord?
- Kun je voorbeeld als werkwoord gebruiken??
- Wordt gebruikt als een werkwoord of bijvoeglijk naamwoord?
- Hoe gebruik je een werkwoord in een zin??
Is het woord Gebruik een zelfstandig naamwoord of werkwoord?
werkwoord (gebruikt met object), gebruikt, us·ing. in dienst nemen voor een bepaald doel; in gebruik nemen; gebruik maken van: een mes gebruiken. gebruik maken van; voor eigen doeleinden toepassen: gebruik maken van de faciliteiten.
Kun je voorbeeld als werkwoord gebruiken??
werkwoord (gebruikt met object), ex·am·pled, ex·am·pling. Bijzonder. een voorbeeld geven of zijn; illustreren (gebruikt in de passieve).
Wordt gebruikt als een werkwoord of bijvoeglijk naamwoord?
Zoals hierboven beschreven, kan 'gebruikt' een werkwoord of een bijvoeglijk naamwoord zijn. Werkwoordgebruik: Je hebt mij gebruikt! Werkwoordgebruik: Hij woonde hier, maar is vorig jaar verhuisd. Bijvoeglijk naamwoord: De grond was bezaaid met gebruikte spuiten achtergelaten door drugsgebruikers.
Hoe gebruik je een werkwoord in een zin??
Elke zin heeft minstens één werkwoord nodig. Als er geen werkwoord is, is het een onvolledige zin of een zinsfragment. Behalve voor dwingende zinnen (commando's), heeft een zin ook een onderwerp nodig, het ding dat de actie uitvoert. Onderwerpen zijn belangrijk voor een werkwoord omdat ze de manier waarop het wordt vervoegd veranderen, wat we hieronder uitleggen.